Verantwoordelijkheid college van burgemeester en wethouders
De baten en lasten alsmede de balansmutaties moeten getrouw in de jaarrekening worden opgenomen. Uit het getrouw opnemen van de baten en lasten alsmede de balansmutaties, blijken een drietal rechtmatigheidscriteria niet expliciet. Dit betreffen het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium. In deze rechtmatigheidsverantwoording licht het college van burgemeester en wethouders toe in hoeverre bij de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium zijn nageleefd. Dit houdt in dat de verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties in overeenstemming zijn met door de raad vastgestelde kaders zoals de begroting en gemeentelijke verordeningen en met bepalingen in de relevante wet- en regelgeving. Bij de waarderingsgrondslagen in de jaarrekening is het door de raad (via de auditcommissie) op 7 december 2023 vastgestelde normenkader van de relevante wet- en regelgeving verder toegelicht.
Deze verantwoording hanteert een grensbedrag omdat alleen de van belang zijnde aspecten in de verantwoording hoeven te worden betrokken. Deze grens is door de raad bepaald en bedraagt 1% van de totale lasten inclusief toevoegingen aan de reserves en is daarmee vastgesteld op € 4.800.000. De grondslag voor deze verantwoording is de Kadernota Rechtmatigheid 2023 van de Commissie BBV van november 2023.
Bevinding
Het college is van mening dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties niet rechtmatig tot stand zijn gekomen binnen de daarvoor gestelde grens. De geconstateerde afwijkingen betreffen:
Begrotingscriterium | x € 1.000 | |
1A. | Overschrijding van de begrootte lasten op programma niveau | 11.927 |
---|---|---|
1B. | Overschrijding van (totaal toegekende) investeringskredieten | 13.821 |
2. | Ongeautoriseerde reservemutatie | 0 |
3. | Overschrijding van baten en/of onderschrijding van lasten en baten die niet tijdig tot een begrotingswijziging hebben geleid of te laat aan de raad zijn gemeld in lijn met het vastgestelde beleid in de financiële beheersverordening. | 0 |
Totaal afwijkingen begrotingscriterium | 25.748 | |
4A. | Acceptabele overschrijding van de begrootte lasten op programma niveau | 11.927 |
4B. | Acceptabele overschrijding van (totaal toegekende) investeringskredieten | 13.697 |
Resterend saldo aan afwijkingen begrotingscriterium (exclusief acceptabele afwijkingen) | 124 | |
Voorwaardencriterium | ||
1. | (Onrechtmatige lasten uit) Inkopen ten onrechte niet Europees aanbesteed | 4.054 |
Totaal afwijkingen voorwaardencriterium | 4.054 | |
M&O criterium | ||
- | Geen bevindingen | 0 |
Totaal afwijkingen M&O criterium | 0 | |
Totaal afwijkingen | 29.802 | |
Totaal afwijkingen (exclusief acceptabele afwijkingen) | 4.178 |
Het resterende saldo (niet acceptabele) onrechtmatigheden begrotingscriterium bestaat uit diverse kleine overschrijdingen van investeringskredieten met een omvang van € 124.000. Een overzicht van alle overschrijdingen van investeringskredieten is opgenomen in bijlage 7A.
Het totaal onrechtmatigheden voorwaardencriterium bestaat uit (onrechtmatige lasten uit) Inkopen ten onrechte niet Europees aanbesteed met een omvang van € 4.054.000. Deze bevinding is onder te verdelen in:
- Bevindingen uit voorgaande jaren met een omvang van € 1.790.500. Dit zijn lasten in 2023 voortvloeiend uit inkopen die in controles over voorgaande jaren als onrechtmatig zijn aangemerkt.
- Nieuwe bevindingen in het betreffende jaar met een omvang van € 2.263.500.
In de paragraaf bedrijfsvoering is op basis van de Kadernota rechtmatigheid van de commissie BBV en op basis van de afspraken met de raad aanvullende informatie opgenomen over de financiële rechtmatigheid. In deze paragraaf heeft het college ook beschreven welke actie wordt ondernomen om vermelde afwijkingen in de toekomst te voorkomen.