Resultaat
Het jaar 2023 is administratief afgesloten met een voordeel van € 5,1 miljoen op een begrotingstotaal van € 450 miljoen. Rekening houdend met de voorgestelde resultaatbestemmingen, eindigen we met een netto nadelig resultaat van € 1,4 miljoen dat wordt onttrokken aan de Algemene reserve. In tabel 1 is het resultaat uitgesplitst naar algemene dienst en grondzaken.
Tabel 1 - Resultaat uitgesplitst | Bedragen x € 1 miljoen | ||
---|---|---|---|
Omschrijving | Totaal | Algemene dienst | Grondzaken |
Resultaat | 5,1 V | 12,1 V | 7,0 N |
Resultaatbestemmingen | 6,5 N | 6,5 N | 0 N |
Resultaat inclusief resultaatbestemmingen | 1,4 N | 5,6 V | 7,0 N |
Het resultaat van € 5,1 miljoen is opgebouwd uit een veelheid van voor- en nadelen. In onderstaande tabel zijn een aantal grotere of opvallende posten opgenomen. Deze worden onder de tabel toegelicht. In hoofdstuk 2.2 treft u de volledige opbouw van het resultaat.
Tabel 2 - Grotere/opvallende posten opbouw resultaat | Bedragen x € 1 miljoen |
---|---|
Omschrijving | Omvang |
Algemene middelen | 12,2 V |
Grondexploitaties | 7,0 N |
Gemeentelijke en particuliere opvang ontheemden Oekraïne | 3,4 V |
Jeugdhulp | 5,7 N |
Overige voor- nadelen optellend naar het resultaat | 2,3 V |
Totaal | 5,1 V |
Algemene middelen
Het voordeel op de algemene middelen van zo'n € 12,2 miljoen wordt veroorzaakt door de stelposten op programma 8 (stelpost onderuitputting, stelpost looncompensatie en diverse reserveringen), een hogere algemene uitkering en een positief resultaat op financiering. In hoofdstuk 1 'Programmaverantwoording' onder 'Productgroep Algemene middelen' staat dit voordeel verder toegelicht.
Grondexploitaties
Het totale resultaat van de grondexploitaties komt uit op € 6,5 miljoen verlies over 2023. In het MPG 2023 werd een winst voorzien van € 0,5 miljoen, daardoor komt het totaal uit op € 7 miljoen verlies ten opzichte van de begroting. Dit resultaat is uit te splitsen in:
- Negatief resultaat op de gebiedsontwikkeling WFC van € 5 miljoen. Deze houdt nauw verband met de eerder gereserveerde € 30 miljoen ten behoeve van investeringen Omgevingsvisie. In de Programmabegroting 2024-2027 heeft de Raad € 30 miljoen gereserveerd om de komende jaren investeringsbesluiten te kunnen nemen om uitvoering te geven aan de Omgevingsvisie. Aangegeven is om in de eerste helft van 2024 te komen met de Ontwikkel- en Investeringsstrategie Omgevingsvisie waarin deze investeringen zijn opgenomen, waarbij een integrale afweging over deze middelen gemaakt kan worden bij de Perspectiefnota 2025-2028. Vooruitlopend op dit proces heeft in de noodzakelijke actualisering van de grondexploitatie WFC al een bijstelling op de prijzen en fasering plaatsgevonden. Het is gezien de opbouw en insteek van de gereserveerde middelen aannemelijk om dit resultaat te verrekenen met de gereserveerde € 30 miljoen.
- Het overige reguliere resultaat van het Grondbedrijf bedraagt € 2 miljoen negatief. Voorstel is om dit, zoals gebruikelijk, te verrekenen met de Algemene Reserve.
Gemeentelijke en particuliere opvang ontheemden Oekraïne
Vanuit de Bekostigingsregeling Opvang Ontheemden Oekraïne heeft de gemeente Ede een rijksbijdrage ontvangen van € 3,35 miljoen. Voorgesteld wordt om dit positieve resultaat over 2023 over te hevelen naar 2024 en deze toe te voegen aan de reserve Opvang en begeleiding specifieke doelgroepen (zie ook de resultaatbestemmingsvoorstellen).
Jeugdhulp
Er is sprake van een oplopend tekort in de begroting voor Jeugdhulp. In 2023 zien we een stijging in de kosten van bijna 17% ten opzichte van 2022, dit resulteerde in een nadeel van € 5,65 miljoen. De kostenstijging komt doordat het aantal cliënten in begeleiding gestegen is, er stijging van de intensiteit van de groepen is waar de jeugdigen verblijven en doordat de uitgaven voor behandeling sterk toenemen. De kostenstijging binnen Jeugdhulp is niet beperkt tot lokaal niveau. Op regionaal en landelijk niveau is de stijgende trend al eerder ingezet, zie voor meer details hoofdstuk 1 "Programmaverantwoording" onder "Productgroep Maatwerkvoorziening".
Resultaatbestemmingsvoorstellen
In totaal wordt een bedrag van € 6,5 miljoen aan resultaatbestemmingsvoorstellen voorgelegd. Voor € 3,1 miljoen gaat het om voorstellen om bedragen toe te voegen aan de reserve Overlopende verlichtingen. Dit betreft middelen die, om uiteenlopende redenen, in 2023 niet zijn uitgegeven en waar het voor de hand ligt dit budget door te schuiven naar 2024. Naast het doorschuiven van middelen naar 2024 wordt voorgesteld een tweetal resultaten toe te voegen aan specifieke reserves:
- We stellen voor een bedrag van € 121.000 toe te voegen aan de reserve Kunst en Cultuur - Ontwikkelfonds. Dit gaat om een reservering voor de investering Exposeum/ARTBASE Ede.
- En een bedrag van € 3,35 miljoen toe te voegen aan de reserve Opvang en begeleiding specifieke doelgroepen. Evenals in 2022 hebben we in 2023 een positief resultaat op de Opvang Ontheemden Oekraïne. Gezien de onzekerheden rondom de financiering vanuit het Rijk, het realiseren van nieuwe opvangplekken als gevolg van het sluiten van Legerplaats Harskamp en overige ontwikkelingen rondom nieuwkomers wordt er voorgesteld om het positieve resultaat over 2023 te reserveren.
Tot slot wordt voorgesteld een bedrag van € 112.000 te onttrekken aan de Reserve Opvang en begeleiding specifieke doelgroepen ter dekking van de in 2023 gemaakte kosten voor Inzet Coördinatie Vrijwilligers Vluchtelingen Ede (CVVE).
Het resultaat is incidenteel van aard
De resultaten hebben een incidenteel karakter. Hiermee bedoelen we dat deze geen structurele doorwerking hebben op de lopende begroting 2024 en de meerjarenramingen.
Algemene reserve en eigen vermogen
De algemene reserve staat na resultaatbestemming op € 71,1 miljoen. Dit is € 3,6 miljoen hoger dan de laatste stand die is afgegeven in de Programmabegroting 2024-2027. De stand van de algemene reserve bevindt zich ver boven het minimum van € 10 miljoen. Daarnaast voorzien we de aankomende jaren flinke ruimtelijke investeringen om onze opgaven te realiseren. Daarom kiezen we ervoor om € 30 miljoen van de algemene reserve boven de reservering van € 10 miljoen te reserveren om te blijven investeren in Ede.
Tabel 3 - Eigen vermogen | Bedragen x € 1 miljoen | ||
---|---|---|---|
Omschrijving | 1-1-2023 | 31-12-2023 | 31-12-2023 |
Algemene reserve | 64,8 | 72,5 | 71,1 |
Bedrijfsmiddelenreserves | 12,5 | 14,0 | 14,0 |
Egalisatiereserves | 22,9 | 23,1 | 23,1 |
Bestemmingsreserves | 70,3 | 64,0 | 70,5 |
Totaal | 170,4 | 173,6 | 178,7 |
De toename van de algemene reserve in de tabel is met name te verklaren door de doorwerking van extra middelen in de algemene uitkering waarvoor geen nieuw beleid is opgesteld.
Het bedrag van € 23,1 miljoen aan egalisatiereserves kapitaallasten betreft bijdragen die zijn gereserveerd ten behoeve van dekking van toekomstige afschrijving en rente.
Een aantal omvangrijke mutaties in de bestemmingsreserves:
- Resultaatbestemmingen Programmarekening 2023 € 6,5 miljoen
- Besteding reserve Overlopende verplichtingen (van 2022 naar 2023) -/- € 2,9 miljoen
- Toevoeging aan fonds Woningbouw € 3,0 miljoen
- Toevoeging aan reserve De Ginkel € 1,6 miljoen
- Onttrekking Cofinanciering Edese Opgaven -/- € 4,5 miljoen
- Vrijval reserve Steun- en Herstel Corona -/- € 1,5 miljoen
Financiële positie
Twee begrippen staan centraal in een beschrijving van de financiële positie: weerbaarheid en wendbaarheid. Met weerbaarheid bedoelen we dat we risico’s op kunnen vangen, als deze zich voordoen, zonder dat het beleid meteen hoeft te worden aangepast. Met wendbaarheid bedoelen we dat we onze begroting niet volledig in beton gegoten willen hebben. In de kern is dit het vermogen om met uitgaven te kunnen stoppen zonder dat dit leidt tot bezuinigingen of ombuigingen. Het is overigens een illusie om te veronderstellen dat we de financiële positie van de gemeente perfect ‘smart’ kunnen maken en kunnen uitdrukken in een rapportcijfer.
Weerbaarheid van de begroting
Tabel 4 - Kengetallen | Bedragen x € 1 miljoen | ||||||||||||||
Ratio weerstandsvermogen, | PB 2022 | PR 2021 | PB 2023 | PR 2022 | PB 2024 | PR 2023 | Norm | ||||||||
A. Beschikbare buffers | 60 | 64 | 81 | 94 | 98 | 101 | |||||||||
B. Nodig voor opvangen risico's | 20 | 19 | 20 | 23 | 26 | 21 | |||||||||
Ratio (A/B) | 3,1 | 3,3 | 4,0 | 4,0 | 3,8 | 4,8 | > 0,8 | ||||||||
PR = programmarekening, PB = programmabegroting | |||||||||||||||
Tabel 5 - Algemene reserve 31-12 | Bedragen x € 1 miljoen | ||||||||||||||
Omschrijving | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Programmarekening | 20 | 26 | 46 | 65 | 71 | ||||||||||
Prognose begroting 2024-2027 * | 66 | 67 | 53 | 40 | |||||||||||
Norm: Bodem van € 10 miljoen in het laatste jaar van het meerjarenperspectief | |||||||||||||||
* Prognose begroting 2024-2027 (stand memo Uitkomsten septembercirculaire 2023) is gecorrigeerd voor het resultaat 2023 |
De indicatoren die we gebruiken voor het meten van de weerbaarheid van de begroting scoren goed voor 2023, de weerstandsratio zelfs uitstekend. Het venijn blijft hem zitten in 2026 en de jaren daarna, door de afname van de algemene reserve zal ook de ratio weerstandsvermogen sterk dalen, zie voor meer details '3.1 Weerstandsvermogen en risicobeheersing'.
Wendbaarheid van de begroting
Tabel 6 - Kengetallen | In % | ||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Omschrijving | PR 2022 | PB 2023 | PR 2023 | PB 2024 | MJB 2025 | MJB 2026 | MJB 2027 | Norm | |||||||
Netto schuldquote | 38 | 51 | 49 | 66 | 77 | 75 | 85 | ||||||||
Gecorrigeerde netto schuldquote | 26 | 37 | 39 | 54 | 65 | 64 | 75 | < 100 | |||||||
Solvabiliteitsratio | 33 | 29 | 34 | 26 | 23 | 25 | 23 | > 20 | |||||||
Structurele exploitatieruimte | 6 | 4 | 4 | 3 | 4 | -1 | -2 | > 0 in laatste jaarschijf meerjaren-perspectief | |||||||
Grondexploitatie | 18 | 18 | 22 | 16 | 13 | 11 | 9 | ||||||||
Belastingcapaciteit | 82 | 86 | 84 | 91 | 92 | 93 | 93 |
De cijfers voor eind 2023 laten zien dat we nog ruim binnen de vastgestelde normwaarden zijn. Het kengetal structurele exploitatieruimte is, als gevolg van het ravijn, in 2026 en 2027 negatief. De omslag naar een negatief bedrag heeft te maken met een hogere onttrekking van de algemene reserve in deze jaren, ter dekking van structurele lasten in de begroting. Het structurele probleem kan tijdelijk maar niet structureel opgevangen worden door de algemene reserve.
Resumé
We sluiten het jaar af met een negatief resultaat van € 1,4 miljoen op een begroting van € 450 miljoen. Op dit moment is er voldoende ruimte om dit negatief resultaat op te vangen. Echter de financiële bijdragen vanuit het Rijk blijven tot nu toe onzeker, dus ook de mogelijke tegemoetkoming van het Rijk om het ravijn te dempen. We zijn daarom in opmaat tot de Perspectiefnota 2025-2028 al bezig met de eerste voorbereidingen voor een aanpak hoe eventuele ombuigingen vorm te geven. Kortom, duidelijk is wel dat er een andere financiële wind gaat waaien die onze koers zal beïnvloeden. Ondanks de onzekerheden proberen we de koers vast te houden door ons wendbaar en weerbaar op te stellen.